Zet de fiets stabiel neer op een standaard.
Ontkoppel de accu bij een e-bike voor de veiligheid.
Controleer of je de juiste crankset hebt voor jouw trapas.
Draai de bout(en) in het midden van de crankarm los met de inbussleutel.
Gebruik een cranktrekker om de crankarm voorzichtig van de trapas te schuiven.
Herhaal dit voor beide kanten.
Maak de trapas goed schoon en controleer op slijtage.
Breng een dunne laag montagevet aan op de trapas.
Controleer of de kettingbladen schoon en stevig vastzitten aan de crank.
Schuif de rechter crankarm (met kettingblad) eerst op de trapas.
Draai de bout handvast met de inbussleutel.
Plaats daarna de linker crankarm recht tegenover de rechter (180°).
Draai ook deze bout handvast.
Gebruik een momentsleutel om beide crankbouten stevig aan te draaien volgens de fabrieksaanbeveling (meestal 35–50 Nm).
Controleer of de cranks soepel draaien zonder speling.
Zet de ketting terug op het kettingblad.
Maak een korte testrit en controleer of de cranks stabiel aanvoelen.
Controleer na de eerste rit of de bouten nog goed vastzitten.
Zet altijd beide crankarmen 180° tegenover elkaar → anders krijg je schade.
Gebruik montagevet om vastvreten te voorkomen.
Controleer regelmatig of de bouten goed vast blijven zitten.